Thaise kipsaté gemarineerd in o.a. citroengras, gember en specerijen. Serveer de Thaise pindasaus erbij. Om de satéstokjes niet te verbranden tijdens het bakken is het verstandig deze een half uur van te voren in water te leggen.

3 personen

Ingrediënten
550 gr kipfilet

Marinade:
1 kleine ui
4 tenen knoflook
1 citroengras, in grove stukken
1 rode chilipeper, zonder zaadjes
2 cm laos
2 cm gember
1 el korianderpoeder
1/2 el komijnpoeder
1/4 tl (Ceylon) kaneelpoeder
1/4 tl kurkuma
2 el soyasaus
1 el vissaus
3 el ahornsiroop
100 ml kokosmelk

satéstokjes
2 el olie

Thaise pindasaus:
200 gr pindakaas (zonder toevoegingen)
2 el Thaise rode currypasta
2 tl soyasaus
1 tl vissaus
2 1/2 el (evt. Erythritol) rietsuiker
1/4 tl zout
200 ml kokosmelk
100 ml water

Bereidingswijze
Stap 1
Snijd de kipfilet in blokjes.
Doe alle ingrediënten voor de marinade in een keukenmachine of blender en maal het tot een gladde marinade. Doe de stukjes kip en marinade in een kom en meng het door elkaar. Laat het een paar uur marineren in de koeling. De kip 15 minuten voor het bakken uit de koeling halen, zodat het op temperatuur kan komen. Haal de overtollige marinade van de stukjes kip en rijg het aan satéstokjes. De marinade mag weg.

Stap 2
Ga intussen verder met de pindasaus. Doe de kokosmelk, pindakaas en rode currypasta in een klein pannetje. Verwarm al roerend op medium vuur voor 2 minuten. Zet het vuur laag en voeg de rest van de ingrediënten voor de pindasaus toe. Laat het koken tot de saus is ingedikt. Dit duurt ca. 3 minuten. Roer regelmatig.

Stap 3
Verwarm een grill en bak hierin de kipsaté gaar of bak het in een koekenpan met 2 el olie.